Lastly, the Court finds that the concept of ‘public works contract’ contained in Directive 2004/18 applies in the present case where the legislation makes the grant of a building or land subdivision authorisation subject to a social obligation entailing the development of social housing units which are subsequently to be sold at capped prices to a public institution, or with substitution by it, and where the criteria set out in that provision have been met, a matter which falls to be determined by the referring court.
Ten slotte antwoordt het Hof dat het begrip „overheidsopdracht voor werken” in de zin van artikel 1, lid 2, sub b, van richtlijn 2004/18 in casu van toepassing is wanneer de regeling de toekenning van een bouw‑ of verkavelingsvergunning afhankelijk stelt van een sociale last die erin bestaat sociale woningen te realiseren die vervolgens tegen geplafonneerde prijzen dienen te worden verkocht aan of met indeplaatsstelling door een openbare instelling en tot slot wanneer de criteria van deze bepaling zijn vervuld; het staat aan de verwijzende rechter na te gaan of dit het geval is.