4. se félicite de la décision relative à la liberté de passage des personnes, des véhicules et des biens à compter d'octobre 1999, mesure indispensable pour assurer la viabilité économique de la bande de Gaza et de la Cisjordanie, et espère qu'il sera également possible de mettre ainsi un terme aux entraves au libre-échange;
4. verheugt zich over het besluit over het vrij verkeer van personen, voertuigen en goederen met ingang van oktober 1999, dat onmisbaar is voor de economische overlevingskansen van de Gazastrook en de Westoever van de Jordaan, en hoopt dat hiermee een einde wordt gemaakt aan de belemmeringen van de vrije handel;