12 stelt voor dat het CFR, indien de toekomstige rechtsvorm waarschijnlijk die van een optioneel instrument zal zijn, beperkt moet blijven tot die terreinen waarop de communautaire wetgever actief is geweest of in de nabije toekomst waarschijnlijk actief zal zijn, of die nauw verband houden met het verbintenissenrecht; stelt voor dat elk optioneel instrument gebaseerd moet zijn op het DCFR, met eventuele uitsluiting van hoofd
stukken 3 t/m 6 van Deel C van Boek IV over Specifieke contracten en de daaruit voortvloeiende rechten en plichten, Boek V over Zaakwaarneming, en Boek X o
ver Trusts; is van ...[+++]mening dat er in elk geval zorgvuldig op gelet moet worden dat de algemene samenhang van het optionele instrument niet wordt aangetast door het selectieproces; 12. Suggests that, if the future format of the CFR is likely to be that of an optional instrument, it should confine itself to those areas where the Commu
nity legislator has been active or is likely to be active in the near future, or which are closely linked to contract law; suggests that any optional instrument should be based on the DCFR, with the possible exclusion of Chapters 3 to 6 of Part C of Book IV on Specific contracts and the rights and obligations arising from them, Book V on Benevolent intervention in another's affairs, and, Book X on Trusts; considers that, in all instances, care should be taken to ensure that the overal
...[+++]l coherence of the optional instrument is not jeopardised by the selection process;